De Wetenschappelijke nalatenschap van Antoon Quaedvlieg – Verslag Studiemiddag 7 juni 2024

Hieronder vindt u de presentaties van de studiemiddag van de VvA op vrijdag 7 juni 2024 met het onderwerp DE WETENSCHAPPELIJKE NALATENSCHAP VAN ANTOON QUAEDVLIEG.

Op 28 februari 2024 is VvA-bestuurslid Antoon Quaedvlieg veel te vroeg overleden. Om hem te eren stond de studiemiddag van 7 juni 2024 in het teken van zijn wetenschappelijke nalatenschap. Vijf sprekers wierpen licht op belangrijke thema’s in het werk van Antoon.

Jacqueline Seignette ging in haar presentatie in op het gedachtegoed van Antoon over makerschap en de allocatie van rechten, inclusief fictief makerschap. Uit Antoon’s focus op de natuurlijke persoon zijn ook zijn opvattingen over persoonlijkheidsrechten terug te voeren, die behoren volgens Antoon uitsluitend toe aan de feitelijke maker. Sven Klos sneed in zijn presentatie een ander belangrijk thema aan, dat ook centraal stond in de dissertatie van Antoon uit 1987: auteursrecht op techniek. Met levendige illustraties over kurketrekkers en andere objecten illustreerde hij de apparaats- en resultaatsgerichte leer die Antoon ontwikkelde. Daarna volgde de presentatie van Bernt Hugenholtz over nieuwheid in het Auteursrecht, waarbij hij inging op de ontleningsleer versus de monopolieleer.

Na de pauze was het woord aan twee (oud-)promovendi van Antoon, Peter Teunissen en Sophie van Loon. Peter ging in op de auteursrechtelijke beperkingen en Sophie vertelde ons meer over welke rol auteursrecht kan spelen in het mededingingsrecht.

Veel lof was er ook voor Antoon als woordkunstenaar. Zo haalde Bernt Hugenholtz in zijn presentatie een quote aan over de vraag waarom de ontleningsleer volgens Antoon de voorkeur had boven de monopolieleer:

“Dit maakt duidelijk dat het auteursrecht al van nature niet kan dienen om de posterieure, eigen creativiteit van een ander te knevelen. Wat aan een eigen persoonlijkheid ontspruit is per definitie geen plagiaat van het persoonlijk stempel van een ander. Het is dus in feite niet zo dat het respect voor de vrije creatieve expressie ons moet doen opteren voor de ontleningstheorie, maar dat de eerbiediging daarvan al van het begin af aan voortvloeit uit de aan het auteursrecht inherente ontleningsgedachte!”

Sophie van Loon vertelde dat Antoon drie “IE-bodyguards” onderscheidde, namelijk de “ridder” (het auteursrecht); de “robocop” (databankenrecht) en de “gnoom” (geschriftenbescherming). Groot was Antoon’s teleurstelling toen de rechter de geschriftenbescherming als laatste strohalm gebruikte om de bescherming van omroepgegevens te rechtvaardigen.

Deze middag maakte nogmaals duidelijk hoe groot Antoon’s bijdrage aan het auteursrecht is geweest voor generaties juristen. De warme en betrokken persoon die Antoon was zal enorm gemist worden. Ter afsluiting werd er geproost op Antoon bij de traditionele borrel waarmee elke studiemiddag wordt afgesloten.